Toen in april de Olympische Spelen van 1924 werden afgesloten, was voetbal niet langer een demonstratiesport. Vanaf dat moment zou het mondiale voetbal vertegenwoordigd worden door een internationaal bestuursorgaan en een wereldkampioenschap. Dit artikel onderzoekt de geschiedenis van de rivaliteit tussen Uruguay en Argentinië en hoe deze leidde tot de oprichting van het eerste WK. We zullen ook de vroege geschiedenis van het voetbal in Uruguay en Argentinië verkennen, hun rol in de ontwikkeling van modern voetbal en waarom ze zo gemotiveerd waren om zo'n belangrijk toernooi te organiseren.
Oorsprong van de rivaliteit tussen Uruguay en Argentinië
De oorsprong van de rivaliteit tussen Uruguay en Argentinië gaat terug tot de 19e eeuw, toen beide landen streden om economische en geopolitieke macht. Hun rivaliteit komt ook voort uit hun positie als de meest ontwikkelde landen in Zuid-Amerika op dat moment. Het belangrijkste verschil tussen de twee landen was hun buitenlands beleid. Uruguay zocht een neutrale positie in mondiale conflicten, terwijl Argentinië verwikkeld raakte in een imperialistische oorlog met zijn buurlanden. Aan het begin van de 20e eeuw nam de rivaliteit tussen Uruguay en Argentinië toe toen ze de meest prominente voetbaltoernooien in Zuid-Amerika begonnen te organiseren. Ze dienden ook als gaststeden voor de eerste internationale evenementen. In 1916 werden de Olympische Spelen gehouden in Buenos Aires, terwijl Montevideo gastheer was van de eerste Zuid-Amerikaanse Spelen.
De weg naar het eerste WK
Aan het begin van de 20e eeuw begonnen verschillende voetbalbonden en clubs over de hele wereld het idee van internationale voetbalcompetities te overwegen. In 1914 stelde de Engelse voetbalbond (FA) voor dat Groot-Brittannië, Frankrijk, België en Nederland een toernooi zouden organiseren. De Eerste Wereldoorlog veranderde de plannen voor een internationale competitie, toen de organisatoren hun aandacht richtten op de vele gewonde soldaten die het spel in Groot-Brittannië begonnen te spelen. In de jaren na de oorlog begon de internationale gemeenschap opnieuw het idee van een internationale voetbalcompetitie te bespreken. Begin jaren twintig begon een selectie van Europese landen plannen aan te kondigen om een voetbaltoernooi te organiseren.
Waarom Uruguay en Argentinië?
Je vraagt je misschien af: waarom waren Uruguay en Argentinië gastheer van het eerste WK? Beide landen hadden inderdaad andere internationale competities georganiseerd, zoals de Eerste Zuid-Amerikaanse Spelen van 1916 in Montevideo en de Eerste Pan-Amerikaanse Spelen van 1923 in Buenos Aires. Waarom mochten zij dan het eerste WK organiseren? Het komt op twee dingen neer: economische en politieke factoren. Ten eerste de economische factoren: beide landen hadden begin jaren twintig een sterke economie. Ze waren de meest ontwikkelde landen in Zuid-Amerika en hun voetbalverenigingen waren bereid de hostingkosten te dekken. Ze beschikten ook over de stadions die nodig waren om zo'n belangrijk internationaal evenement te organiseren. En ten tweede de politieke factoren: beide landen hadden een sterke voetbalcultuur en hadden veel belangrijke figuren in de sport voortgebracht. In de jaren voorafgaand aan het eerste WK waren zowel Argentinië als Uruguay gastheer van internationale toernooien. Bovendien waren beide landen gastheer van de Wereldkampioenschappen van 1910. Beide landen hadden ook een voortdurende rivaliteit, die er alleen maar toe kon bijdragen het toernooi te promoten op een manier die weerklank zou vinden bij de fans.
De grote dag komt eraan
Tegen de tijd dat in 1928 het eerste WK plaatsvond, begon Europa zich te herstellen van de oorlog. Landen als Groot-Brittannië en Frankrijk, die gedwongen waren hun plannen om het toernooi in 1914 te organiseren, te annuleren, waren klaar om opnieuw feest te vieren. De stemming was vergelijkbaar in Zuid-Amerika en de Verenigde Staten, waar het eerste WK zou plaatsvinden. De gaststeden waren Montevideo, waar de Eerste Zuid-Amerikaanse Spelen werden gehouden, en Buenos Aires, waar de Eerste Pan-Amerikaanse Spelen van 1916 plaatsvonden. De eerste wedstrijden werden gespeeld op 16 juli 1928 en de finale vond plaats op 30 juli. Het toernooi bestond uit 16 teams die waren verdeeld in vier groepen van vier. Elke groep bestond uit twee teams uit Europa en één team uit Zuid-Amerika, Midden-Amerika en Noord-Amerika. De winnaar van elke groep ging door naar de halve finales. De finale werd gespeeld in het Estadio Centenario in Montevideo met een capaciteit van ongeveer 100.000. In totaal woonden 13.781 mensen de eerste WK-finale bij.
Nasleep
Het eerste WK was een groot succes. Het toernooi was goed georganiseerd en er waren enkele van de beste teams van over de hele wereld aanwezig. Het enthousiasme onder de fans zorgde ervoor dat het WK in de jaren dertig steeds populairder werd. Sterker nog, de FIFA moest het toernooi met een jaar verlengen vanwege de grote vraag naar kaartjes. Dit toernooi zette Zuid-Amerika op de kaart in de wereld van het internationale voetbal. De gastheren konden hun passie voor de sport en hun natuurlijke talent en vaardigheden laten zien. Het toernooi bracht ook mensen uit verschillende culturen en achtergronden samen. Het was een geweldig platform voor Zuid-Amerika om de rest van de wereld te laten zien dat het net zo goed in staat was grote evenementen te organiseren als elk ander continent.